23. Hoge Ham 25

Dreiging en angst

Hoge Ham 25

November 1944. Zuster Van Wijck denkt vanuit haar woonplaats Breda aan de kweekschool van de zusters Franciscanessen in Dongen. Ze volgt er een opleiding tot onderwijzeres en zit op het internaat. Ze is thuis vanwege de herfstvakantie. En kan niet terug naar Dongen, omdat het internaat gesloten is. Na de bevrijding van Dongen in de nacht van 29 op 30 oktober 1944 zijn Poolse soldaten ingekwartierd in de diverse schoolgebouwen van het klooster.

Haar gedachten gaan terug naar Dolle Dinsdag, 5 september 1944. Op die dag valt er op Radio Oranje te beluisteren, dat de geallieerde legers de Nederlandse grens waren gepasseerd. Een gerucht, dat zich pijlsnel over Nederland verspreid en iedereen in bevrijdingstemming brengt. Duitse soldaten en Nederlandse collaborateurs raken in blinde paniek en gaan massaal op de vlucht. Maar het blijkt een misverstand te zijn. De Duisters blijven de baas en de angst keert terug.

Angstig zijn ook de periodes, dat de Duitsers de schoolgebouwen van het klooster opeisen. Er is toen allerlei vreemd volk in de klaslokalen komen zitten, niet allen Duitsers maar ook Russen en Tartaren. Mannen met van die woeste gezichten.

Steeds meer angstmomenten omdat er steeds vaker die zogeheten vliegende bommen, V1 en V2, over Dongen vliegen. En je maar nooit weet of ze neerstorten. Zoals die keer in het ‘huidige’ Rosariopark, net achter de Laurentiuskerk. Het geeft heel veel glasschade aan het klooster.

In het najaar van 1944 vliegen er steeds vaker Engelse vliegtuigen over, op weg naar het Ruhrgebied, maar ook naar Gilze-Rijen om het Duitse vliegveld te bombarderen. En al die bewegingen van vliegtuigen worden van boven op het klooster in de gaten gehouden. Daar heeft de Dongense luchtbescherming boven op het internaat een uitkijkpost ingericht. Bij gevaar gaat dan het luchtalarm in heel Dongen af.

De bevrijding van Dongen geeft nog altijd geen veiligheid, rust en zekerheid. De Duitse legers hebben zich teruggetrokken achter de grote rivieren, waar hun beschietingen gewoon door gaan. Er ontstaan tekorten aan alles, ook voedsel. Je moet met weinig tevreden zijn. Pas na die vreselijk hongerwinter komt de bevrijding van heel Nederland in zicht.

En dat wordt gevierd, ook in haar Breda, met optochten op straat. Er wordt uitbundig gedanst. Voor het ouderlijk huis staat een tank. Van de soldaten horen de kinderen, dat ze doortrekken naar Arnhem. Voor hun familie in die plaats hebben de kinderen toen met krijt op de tank geschreven: ’Met fam. Van Wijck in Breda gaat alles goed!”

Pas na 5 mei krijgt Zr. Regina een echt gevoel van vrijheid en veiligheid terug. Bij de vele beelden van oorlog op TV herkent ze de dreiging, die ze zelf heeft gevoeld. En voelt mee met al die vluchtelingen in Europa, die diezelfde onzekerheid nu weer hebben.

Vergelijkbare berichten